21 maart - Het sneuvelen van een Amerikaanse marinier bij een aanval door ISIS [met Katyusha-raketten] op een bunker in Makhmour in Noord-Irak heeft de aandacht gevestigd op de aanwezigheid van een eenheid VS-mariniers 100 km ten zuid-oosten van Mosoel. De mariniers horen bij de landkomponent van de 26ste Marine Expeditionary Unit uit North-Carolina (MEU), het Battalion Landing Team. Ze waren een week geleden aangekomen in Irak. Het gaat vermoedelijk om een compagnie van tussen 100 en 200 militairen, de hele MEU telt rond 2200 mariniers en bevindt zich op de Kearsarge Amphibious Ready Group, die bestaat uit de USS Kearsarge, de USS Arlington en de USS Oak Hill. Deze is sinds oktober in het Midden-Oosten.
In Makhmour is het Niniveh Operations Center gevestigd, vanwaaruit de VS het offensief van het Iraakse leger (de 15e divisie) tegen Mosoel willen ondersteunen met rond 100 adviseurs. De mariniers hebben een aparte basis ingericht in de vorm van een fire base (vuursteunbasis) met artillerie. De naam van de basis is Fire Base Bell en er zijn vier 155 mm M777A2 houwitsers (bereik tot 35 km) gestationeerd. De basis ligt 15 tot 20 km van de frontlijn met ISIS, de forward line of troops (FLOT).
Bronnen: The Washington Post (Dan Lamothe), Stars and Stripes (Corey Dickstein, Tara Copp)
UPDATE: 22 maart - The Daily Beast attendeert erop dat deze mariniers en een aantal andere eenheden (totaal 1475) geen deel uitmaken van de officiële telling van het aantal Amerikaanse militairen in Irak waarvoor een plafond van 4000 is vastgesteld. Ze worden niet meegeteld omdat hun aanwezigheid 'tijdelijk' zou zijn. In feite zijn er nu al meer dan 5000 Amerikaanse militairen in Irak. Anderen die niet worden geteld zijn de VS-militairen die op de ambassade werken, die belast zijn met wapenverkopen en 'andere ondersteunende operaties'.
Bronnen: The Daily Beast (Nancy A. Youssef), Associated Press (Robert Burns, Lolita C. Baldor)
UPDATE: 11 april - Volgens de New York Times is het criterium om niet mee geteld te worden een gepland verblijf in een oorlogsgebied van minder dan vier maanden.
Bron: The New York Times (Michael S. Schmidt)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten