20 feb. - De geavanceerde Amerikaanse militaire technologie leidt tot samenwerkingsproblemen met de NAVO-bondgenoten. Dat blijkt uit een artikel bij Wired over de moeilijkheden tijdens een reeks gezamenlijke oefeningen onder de naam Operation Western Zephyr van Amerikaanse F-22 Raptor stealth gevechtsvliegtuigen en Britse Typhoon Eurofighters. De oefeningen spelen zich af in verschillende Amerikaanse staten om te kulmineren in de bekende oefening Red Flag. Het probleem is dat de F-22s hun doelopsporingsdata uitwisselen via een speciaal moeilijk te onderscheppen verbindingssysteem. De Typhoons en andere westerse gevechtssystemen maken gebruik van de Link 16 datalink voor vliegtuigen, oorlogsschepen en luchtverdedigingssystemen, waar ook Nederland mee werkt. De F-22s kunnen Link 16 gegevens wel ontvangen, maar ze kunnen hun eigen doelgegevens niet verzenden naar de Eurofighters. Een F-22 vlieger ziet dus op zijn radarscherm wat de Typhoon vlieger ziet, maar omgekeerd niet. Er kan wel een gewone radioverbinding tot stand worden gebracht, maar dan verliest de F-22 zijn stealth eigenschappen, omdat hij kan worden uitgepeild. Volgens sommigen was dit de reden dat de F-22 niet is ingezet tijdens de Libië-oorlog.
Bron: Wired (David Axe)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten